Gezien de ambitieuze plannen voor wind op zee is het belangrijk om te weten welke effecten windmolens hebben op de ecologie. Zo was nog weinig bekend over de impact van onderwatergeluiden van windparken, met name tijdens de bouw, op de zogenoemde pelagische visgemeenschappen. Een interdisciplinair onderzoeksproject om hierin meer inzicht te bieden is inmiddels afgerond en biedt verrassende inzichten.
Pelagische vissen variëren van kleine prooivisjes bij de kust, zoals haring en sardines, tot grote oceanische roofvissen, zoals tonijnen, zeilvissen en barracuda's. De meeste pelagische vissen zijn behendige zwemmers, die lange afstanden kunnen afleggen. Ze zwemmen vaak in scholen in de open zee, op enige afstand van de kust en van de zeebodem. Deze visgemeenschappen spelen een sleutelrol in de voedselketen en zijn van grote commerciële waarde.
Onderzoek
Het door de Nederlands Wetenschappelijke Organisatie (NWO) en Rijkswaterstaat gefinancierde onderzoekstraject APELAFICO is uitgevoerd door een aantal wetenschappers van de Universiteit Leiden onder leiding van hoogleraar ecologie Hans Slabbekoorn.
Doel van het onderzoek is te achterhalen wat de effecten zijn van het onderwatergeluid door constructie en operatie van offshore windparken op pelagische vissen.
Voor het onderzoek werd gebruikgemaakt van sonarbeelden om de aanwezigheid en het gedrag van pelagische vissen vast te stellen rondom werkende windturbines en in een gevarenzone bij het heien van palen. Ook werd er onderzocht wat de reacties zijn van vissen op bepaalde geluiden om de vissen uit de gevarenzone te verjagen. Het onderzoek is gedaan op locatie bij de kavels van Hollandse Kust Zuid en -Noord tijdens de constructiefase.
Resultaten
De eerste resultaten zijn verrassend. Er zijn duidelijke resultaten in het bassin en op zee: in het basin wordt er vooral veranderd van zwemrichting en op zee zien we weinig verandering in zwemdiepte of horizontale verplaatsing. Verrassend was dat pelagische visscholen zelfs in de buurt van hei-activiteiten niet of nauwelijks van hun plek weken.
De bevindingen betekenen niet dat pelagische vissen niet verstoord zouden worden door het heigeluid of door operationele windparken, er zijn alleen geen aanwijzingen gevonden die duiden op verstoring.
Er volgen nog meer resultaten. En data over vis en bruinvisaanwezigheid tijdens de operationele fase van windmolenparken wordt nog verder uitgewerkt.
Bekijk al het nieuws