Zienswijze NedZero | Nationaal Programma Landelijk Gebied

De volgende zienswijze is ingediend ten behoeve van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NLPG). Het NPLG is een gezamenlijk programma van de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Het programma beoogt de balans tussen mens en natuur de herstellen en voldoende ruimte te maken voor wonen, werken en recreëren. De zienswijze is ingediend om extra aandacht te vragen voor de energietransitie. 

Utrecht, 26 februari 2024. NedZero (voorheen de NWEA), maakt dankbaar gebruik van de mogelijkheid tot het indienen van een zienswijze op het NPLG. In deze zienswijze wijdt NWEA vrijwel uitsluitend woorden aan op wat wij beschouwen als tekortkomingen in het Ontwerp Nationaal Programma Landelijk Gebied. Dat laat onverlet dat we expliciet onze steun willen willen uitspreken voor de ambitie om natuur en het landelijk gebied in brede zin te versterken. Ook zijn we, behoudens de punten hieronder, zeer te spreken over de kwaliteit van de documenten.

Energietransitie onvertegenwoordigd, horizon te dichtbij

In de inleiding spreekt het NPLG de ambitie uit om een samenhangende, gebiedsgerichte en
toekomstbestendige aanpak te hanteren (P.3). Maar binnen deze drie pijlers lijkt er sprake te zijn van een kadering die de energietransitie ondervertegenwoordigd laat:

Dubbelgebruik beter borgen

Onze overkoepelende zorg is dat het thema energietransitie ondervertegenwoordigd is in het NPLG. Ook in het ‘Rad van de Leefomgeving’ (PlanMER P. 42) staan energieopwekking en energieinfrastructuur niet genoemd. En dat terwijl onze energievoorziening nadrukkelijk ruimte vergt, die trouwens vaak geschikt is voor dubbelgebruik.

Vanwege onze achterban richten wij ons expliciet op windenergie maar ook zonne-energie,
hoogspanningsleidingen en energieopslag, de warmte- en koolstoftransitie en circulariteit vragen om (meer) ruimte en om tempo te houden in de energietransitie zijn wij van mening dat die ruimte integraal moet worden meegepland in het NPLG.

Gebeurt dat niet, dan zullen provinciale gebiedsplannen onherroepelijk botsen met o.a. RES 1.0 en 2.0, met plannen voor het versterken en verzwaren van het elektriciteitsnetwerk (o.a. aanlanding elektriciteit van wind op zee), maar ook met de groeiende ruimtebehoefte van Defensie (zie NRD Defensie heeft meer ruimte nodig) etc.

“Het NPLG stuurt zelf ook op meervoudig ruimtegebruik. (P. 63)”
Wij missen in de tekst deze sturing echter grotendeels. Naar onze mening zou het Nationaal Programma Landelijk Gebied daar veel concreter over kunnen zijn. Een voorbeeld: op P. 66 staat: “Zoek naar koppelingen met andere opgaven zoals wonen, energie, recreatie, klimaatadaptatie, vitaliteit, werken/ economische activiteiten, platteland en cultuurhistorie, mits het bijdraagt aan de realisatie van de centrale
opgave.”

Zo krijgt het principe van functiedubbeling een facultatief karakter, waardoor op gebiedsniveau steeds weer opnieuw de discussies moeten worden gevoerd over “Kan X of Y hier wel?” Wij vrezen dat de ‘extra functie’ te vaak zal worden gezien als ‘te moeilijk’, wat vooral voor de energietransitie (maar ook voor woningbouw) onacceptabele vertragingen zal opleveren. Veel beter zou zijn als het NLPG hierin meer sturing kan geven.

Een aantal suggesties om de belangen van de energietransitie beter te borgen:

Kijk verder in de toekomst dan 2050

Zeker voor Klimaat en Water houdt de toekomst niet op na 2050. Uit onderzoeken van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging blijkt dat de zeespiegelstijging tot 2100 zo’n 60 tot 120 centimeter bedraagt (in het slechtste scenario 300 cm). Dit heeft grote gevolgen voor verzilting van bodems en, afhankelijk van de daadwerkelijke zeespiegelstijging, voor welke gronden we überhaupt wel en niet kunnen behouden.

Een langere horizon biedt ruimte voor échte langetermijnplanning. Dat verkleint de kans dat investeringen worden gedaan in gebieden die op deze langere termijn onhoudbaar blijken. Ook willen wij erop wijzen dat het in stand houden van laaggelegen gebieden door water af te pompen een grote en steeds toenemende energievraag vergt. Deze energie kan lokaal worden opgewekt met behulp van windenergie, waardoor een duidelijke link ontstaat tussen de culturele, maatschappelijke en economische waarden van het land en de moeite die we ons getroosten om dat land te behouden.

(Wind)energie en stikstof, CO2

Een windpark stoot in de bedrijfsfase niet alleen geen CO2 uit, maar ook geen stikstof. Zodra de wind waait, verdringt windenergie elektriciteit van kolen-, gas- en biomassa-installaties van het net, wat de totale stikstofuitstoot in Nederland doet dalen. Ook de bouwfase kan door toepassing van elektrisch bouwmaterieel nagenoeg zonder stikstofuitstoot plaatsvinden. Daarmee zijn windturbines een belangrijk wapen tegen zowel klimaatverandering als tegen degradatie van natuurgebieden door stikstofdepositie.
Windenergie verdient dan ook een prominente plaats in het buitengebied en een integrale afweging.

Verduurzaming van het boerenbedrijf en boerenerfmolens

Voor het toekomstperspectief van boeren is het van levensbelang dat ze hun bedrijfsvoering verregaand moeten en kunnen verduurzamen. Dat gaat over zaken als mestproductie en gewassenteelt maar ook om hun energieverbruik, dat in hoge mate zal worden geëlektrificeerd. Boerenerfmolens (met een ashoogte vanaf zo’n 15 meter) zijn daarvoor bijzonder geschikt omdat ze in de oogsttijd en in het donker energie opwekken, idealiter in vermogen afgestemd op de daadwerkelijke energiebehoefte van het boerenbedrijf.

Zo kunnen boeren en andere landelijk gelegen locaties groeien in hun elektriciteitsbehoefte zonder te hoeven wachten op uitbreidingen aan het elektriciteitsnet. Een aantal provincies onderkent deze mogelijkheid naar onze mening nog onvoldoende. Het zou goed zijn als het NPLG hier nadrukkelijk op wijst.

We moeten het samen doen

Nederland is klein, druk en vol. NedZero onderschrijft daarom de analyse van NPLG dat meervoudig gebruik van ruimte, ook in landelijk gebied, de norm zou moeten zijn. Natuur wordt óók recreatie; boerenland wordt óók waterberging, en beiden worden óók een deel van onze energievoorziening. NedZero, maar ook verwante brancheorganisaties als Holland Solar, Energie Nederland en NVDE zijn zich terdege bewust van de vele belangen die strijden om ruimte. NedZero is het Nationaal Programma Landelijk Gebied dan ook graag tot dienst om eventuele vragen die naar aanleiding van deze zienswijze zijn gerezen met u te bespreken.

U kunt daarvoor contact opnemen met ondergetekende. Ik wens u namens NedZero veel succes met NPLG.

Met vriendelijke groet,
Paul van Egmond
Branchespecialist Wind op land
Paul.vanegmond@nedzero.nl

Bekijk al het nieuws

Ontdek de voordelen van het NedZero Lidmaatschap

Meer informatie

Wij zijn NedZero, de branchevereniging voor windenergie.

Arthur van Schendelstraat 600
3511 MJ Utrecht

Contact
Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws:

Inschrijven
Volg ons
Privacyverklaring Disclaimer